EXPERT TALK: Het vinden van een evenwicht – Het belang van sufficiëntie in de energietransitie

Nieuws31-08-2023

Ondanks aanzienlijke emissiereducties in de afgelopen decennia, zal de EU haar productie- en consumptiesystemen nog verder moeten omvormen om tegen 2050 klimaatneutraal te zijn. In dit opzicht werden ETC-CM coördinator EnergyVille/VITO en ETC-CM partner Oeko-Institut door het EMA gevraagd om een verkennend rapport te schrijven over sufficiëntie, een concept dat in de loop der jaren steeds meer onder de aandacht is gekomen. Deze expert talk bespreekt acht key findings van het Sufficiëntie Rapport, en werpt zo een licht op de cruciale rol van sufficiëntie bij het bestrijden van de klimaatverandering en het bevorderen van duurzaamheid.

Deze expert talk werd geschreven door Marco Ortiz en Guillermo Borragán, onderzoekers bij de EnergyVille/VITO Smart Energy & Built Environment Unit. Marco Ortiz is een expert in de maatschappelijke aspecten van de energietransitie. Guillermo Borragán is gespecialiseerd in de sociale aspecten van energie-en klimaatstrategieën. 

OEKO

Het valt niet te ontkennen dat de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen, die in onze atmosfeer terechtkomen, klimaatverandering in de hand werkt. Het valt ook niet te ontkennen dat de EU – ondanks aanzienlijke emissiereducties in de afgelopen decennia – haar productie- en consumptiesystemen nog verder zal moeten omvormen om tegen 2050 klimaatneutraal te zijn, zoals werd bepaald in de Europese klimaatwet.

Zoals in het PATHS 2050-project wordt beschreven, kan technologie alleen deze uitdaging niet oplossen. In plaats daarvan is een allesomvattende aanpak noodzakelijk, die niet enkel rekening houdt met technologische vooruitgang, maar ook met beleidsmaatregelen, gedragsveranderingen, maatschappelijke acceptatie, ontwikkeling van infrastructuur en internationale samenwerking. Dat is geen eenvoudige zaak, en precies daarom zijn de European Topic Centres in het leven geroepen.

European Topic Centres en de rol van EnergyVille/VITO

De European Topic Centres zijn gespecialiseerde thematische onderzoeksconsortia die werden aangesteld door het Europees Milieuagentschap (EMA). Deze centra zijn het resultaat van een Europees competitief selectieproces, en functioneren als een verlengstuk van het EMA in specifieke themagebieden. Samen met de lidstaten en meewerkende landen van het EMA, verstrekken de Topic Centres gegevens, informatie en kennis. Ze verzorgen ook rapporten en andere diensten voor het EMA en zijn Europees Informatie-en Observatienetwerk (Eionet). Momenteel zijn er zeven European Topic Centres die het EMA ondersteunen bij het volbrengen van zijn missie: duurzame ontwikkeling ondersteunen en bijdragen aan een significante en meetbare verbetering van het Europese milieu en klimaat.

EnergyVille/VITO is de trotse coördinator van het European Topic Centre on Climate Change Mitigation (ETC-CM). Dit project verenigt maar liefst vijftien partners uit tien verschillende Europese landen. Het ETC-CM verzamelt, verwerkt en analyseert belangrijke gegevens en informatie over broeikasgasemissies, hernieuwbare energie en energie-efficiëntie in de EU. Op deze manier traceert het ETC-CM de voortgang van de EU in het behalen van haar klimaat- en energiedoelen, en levert het belangrijke inzichten en kennis om de overgang naar een klimaatneutrale samenleving te versnellen.

Expert Talk

Het Sufficiëntie-rapport

In 2022 werden ETC-CM coördinator EnergyVille/VITO en ETC-CM partner Oeko-Institut (The Institute for Applied Ecology) door het EMA gevraagd om een verkennend rapport te schrijven over sufficiëntie, een concept dat in de loop der jaren steeds meer onder de aandacht is gekomen. Sufficiëntie, zoals gedefinieerd in het IPCC-rapport van 2022, is “een reeks maatregelen en dagelijkse praktijken die de vraag naar energie, materialen, land en water vermijden en tegelijkertijd het menselijk welzijn voor iedereen waarborgen, binnen de planetaire grenzen”.

Voor het verkennend rapport verstrekte Oeko-Institut zijn ervaring over sufficiëntie in energiesysteemmodellering, oorzaak-gevolg ketens van sufficiëntie, maatregelen voor klimaatbescherming en emissieanalyse. EnergyVille/VITO stelde haar expertise ter beschikking over de gedragsmatige aspecten van beleid ter vermindering van de vraag naar energie in de energietransitie. EnergyVille/VITO werkt namelijk al vele jaren aan dit onderwerp, met succesvolle projecten – waaronder het streamSAVE-project, waarbij gedragsverandering ter vermindering van de vraag naar energie één van de prioritaire acties is – en ondersteunend werk voor het ETC-CM.

Het verkennend rapport biedt een overzicht van het concept sufficiëntie en doet aanbevelingen over hoe het kan worden toegepast in de context van Europese of nationale beleidsvorming. Deze aanbevelingen worden gepresenteerd in de vorm van acht interessante key findings. Sufficiëntie is namelijk meer dan alleen een gedragsverandering; het is in feite een stimulans voor die verandering en de sleutel tot het verwezenlijken van bepaalde doelstellingen. Ontdek hieronder waarom dit het geval is.

Acht key findings

1. Sufficiëntie is meer dan gedragsverandering

Sufficiëntie is een concept dat verder gaat dan een individuele gedragsverandering om structurele wijzigingen in de samenleving en organisaties teweeg te brengen. Het gaat om een omschakeling naar minder hulpbronintensieve productie-en consumptiepatronen, wat kan worden bereikt door een combinatie van culturele verschuivingen en beleid. Dit beleid omvat niet enkel regelgeving, maar ook stimuleringsmaatregelen, onderwijscampagnes, planning, stedelijke strategieën en wetgeving.

Volgens Marco Ortiz, expert bij EnergyVille/VITO in de sociale aspecten en het beleid van de energietransitie, komt sufficiëntie inderdaad niet alleen neer op het veranderen van gedrag of beleid. Het is ook een kwestie van het veranderen van mentale modellen en systemen die grondstofintensieve productie en consumptie aanmoedigen. Ortiz: “Systeemdenken biedt een kader om de complexe onderlinge relaties tussen verschillende elementen in een systeem te begrijpen. Hieronder vallen mentale modellen die onze waarden, gedragingen, overtuigingen en acties binnen dat systeem vormgeven”.

Ortiz gelooft ook dat de dominante sociale waarden en normen die economische groei en consumptie verkiezen boven milieu en sociaal welzijn, door deze mentale modellen kunnen worden versterkt of in vraag worden gesteld. “Om sufficiëntie te bereiken, moeten we onze huidige mentale modellen en de onderliggende systemen die onze consumptie-en productiepatronen aansturen, veranderen. Om dit te doen, is het nodig om de elementen te herkennen waar verandering de meeste impact kan hebben voor het welzijn van iedereen op deze planeet,” besluit Ortiz.

Een voorbeeld hiervan is de sufficiëntiebenadering in de bouwsector, waarbij hergebruik en renovatie de voorkeur krijgen boven sloop en nieuwbouw. Bestaande structuren worden dan hergebruikt in energie-efficiënte renovaties, waardoor niet enkel de levensduur van deze structuren verlengd wordt, maar ook hun functie wordt aangepast. Op die manier verminderen sufficiëntiepraktijken de afvalproductie en het grondstoffenverbruik. Deze aanpak is bovendien niet enkel toepasbaar in de bouwsector, maar kan in verschillende sectoren worden geïmplementeerd, van mobiliteit tot voeding, kleding, goederen en vrije tijd.

2. Sufficiëntie is cruciaal voor sterke duurzaamheid

Het concept van duurzaamheid richt zich voornamelijk op het verbeteren van de energie-efficiëntie en het verhogen van het gebruik van hernieuwbare energie. Deze maatregelen alleen zijn echter niet voldoende. Als aanvulling op efficiëntie en hernieuwbare energiebronnen, benadrukt sufficiëntie de noodzaak om het totale verbruik van hulpbronnen en energie te verminderen. Dit kan alleen als er een fundamentele verandering plaatsvindt in de manier waarop we individueel en collectief goederen en diensten produceren en consumeren.

3. Sufficiëntie is een bron van voordelen

Door minder hulpbronnen te verbruiken, kan sufficiëntie helpen om een reeks milieuproblemen aan te pakken en de verdere overschrijding van onze klimaatlimieten voorkomen, met inbegrip van de klimaatverandering. Tegelijkertijd kan sufficiëntie leiden tot de ontwikkeling van nieuwe duurzame producten en diensten. Dit creëert de mogelijkheid voor nieuwe banen en economische kansen wanneer nieuwe economische modellen worden geïmplementeerd, namelijk circulaire economie en Product as a Service.

Daarnaast levert de overstap naar gedrag dat minder hulpbronnen verbruikt, ook secundaire voordelen op. Dit is bijvoorbeeld het geval voor gezondheid, welzijn en levenskwaliteit. Door sufficiëntie op te nemen in andere strategieën voor energietransitie, kunnen beleidsmakers ervoor zorgen dat de overgang naar schonere energiebronnen iedereen in de samenleving ten goede komt. Voorbeelden hiervan zijn het bestrijden van energiearmoede, het voorkomen van aantasting van het milieu en het promoten van een duurzame levensstijl waarbij hulpbronnen gespaard worden. Zo draagt sufficiëntie bij aan een energiesysteem dat niet alleen evenwichtiger, maar ook eerlijker is. Laat dat nu net een fundamenteel doel van een rechtvaardige energietransitie zijn.

Toch vrezen sommige beleidsmakers en economen dat sufficiëntie de economie zou kunnen doen krimpen. Daarom is er verder onderzoek nodig om de economische implicaties van sufficiëntie en de indicatoren voor economische vooruitgang te begrijpen, die zowel welzijns-, sociale als milieufactoren omvatten.

4. Sufficiëntie heeft een hoog mitigatiepotentieel

Volgens verschillende studies – waaronder het IPCC-rapport van 2022 – kunnen sufficiëntiemaatregelen de uitstoot van broeikasgassen aanzienlijk verminderen. Geschat wordt dat de toepassing van sufficiëntie de uitstoot van broeikasgassen tegen 2050 met wel 40-70% kan verminderen ten opzichte van 1990.

5. Sufficiëntie wordt in de EU niet als apart onderwerp behandeld

De EU streeft ernaar om in 2050 klimaatneutraal te zijn, maar het terugdringen van de vraag naar energie is tot nu toe niet even ambitieus aangepakt.  Beleidsmakers zouden daarom bereid moeten zijn om een beleid te implementeren dat consumptievermindering stimuleert. Denk hierbij aan het promoten van openbaar vervoer, het vermijden van vliegreizen, het consumeren op lokale schaal en minder consumeren in het algemeen, vergroening, en het tegengaan van voedselverspilling.

Tot nu toe heeft sufficiëntie nog niet mogen rekenen op de volle aandacht en steun van beleidsmakers, deels omdat het zich richt op de consumptiepatronen van individuen en organisaties. In Frankrijk bijvoorbeeld, heeft het sufficiëntiebeleid pas de laatste jaren aandacht en steun kunnen vinden. De nationale verkiezingen van 2021 waren daarbij een belangrijk kantelpunt, omdat officiële instanties klimaatneutraliteitsscenario’s publiceerden waarin sufficiëntie als een haalbare optie werd gezien. Dit versterkte de geloofwaardigheid van sufficiëntie.

6. Burgers vragen om meer sufficiëntiebeleid

Ondanks het feit dat sufficiëntie nog niet politiek ingeburgerd is, lijken burgers wel te vragen om meer sufficiëntiebeleid. In het Europese Burgerpanel over “Klimaatverandering en milieu/gezondheid” was ongeveer 50% van de totale beleidsaanbevelingen gekoppeld aan sufficiëntie. De meeste van deze beleidsaanbevelingen hadden betrekking op de transportsector en werden gesteund door minstens 70% van de tweehonderd burgers uit alle EU-lidstaten die deelnamen aan het panel.

Beleidsmakers zouden dus het belang moeten inzien van burgers te betrekken in het beleidsvormingsproces. Met andere woorden, het beleid moet gebaseerd worden op de voorkeuren van de burgers.

7. Een budgetbenadering als stimulans voor sufficiëntie

Koolstofbudgetten zijn een instrument om het koolstofverbruik van een individu of organisatie te verminderen. Samen met doelstellingen, limieten en prijsmechanismen voor koolstofuitstoot en -verbruik, moedigen deze beleidsmaatregelen consumenten aan om hun milieu-impact te verminderen. Door informatie te verstrekken over de koolstofvoetafdruk van goederen en diensten, kunnen consumenten bovendien beter geïnformeerde en duurzamere consumptiekeuzes maken.

Toch kan de implementatie van koolstufbudgetinstrumenten op grotere schaal een uitdaging vormen. Hiervoor is namelijk een coherente synchronisatie met het lokale beleid noodzakelijk. Koolstofbudgetten zouden kunnen worden afgestemd op bestaand beleid zoals het EU-emissiehandelssysteem (ETS), maar het ontwerp en de uitvoering ervan zouden in de eerste plaats moeten worden aangepast aan de specifieke nationale context. Om comptabiliteit te garanderen en mogelijke conflicten te minimaliseren, is het dus van belang dat de implementatie op een nationaal niveau plaatsvindt.

8. Nood aan meer sufficiëntiemodellen en -indicatoren

Wanneer er meer sufficiëntiemodellen en -indicatoren bestaan, kan een bredere en meer verfijnde analyse van sufficiëntie worden gemaakt. Het gebruik van systeemdenken, gecombineerd met modellering, kan helpen om de meest effectieve trajecten voor decarbonisatie te identificeren. Daarbij wordt rekening gehouden met onderling afhankelijke sociale, economische, milieu- en gedragsfactoren.

Door strategieën voor sufficiëntie te analyseren in een gemodelleerd systemisch kader, kunnen beleidsmakers en eindgebruikers meer duidelijkheid krijgen over de voordelen, en afwegingen maken die gepaard gaan met verschillende beleidsopties.

Sufficiëntie als sleutel tot een duurzame toekomst

De bovenstaande resultaten van het Sufficiëntie-rapport werpen licht op de cruciale rol van sufficiëntie bij het aanpakken van de klimaatverandering en het bevorderen van duurzaamheid. We kunnen concluderen dat sufficiëntie meer is dan een individuele gedragsverandering. Het benadrukt de noodzaak van structurele veranderingen in de samenleving en organisaties om een klimaatneutrale toekomst te realiseren. Sufficiëntie is in feite een aanvulling op efficiëntie en hernieuwbare energiebronnen en richt zich dus op de vermindering van het geheel van hulpbronnen en consumptie. Sufficiëntie kan niet alleen helpen om een reeks milieuproblemen aan te pakken, maar kan ook nieuwe banen en kansen creëren en tegelijkertijd de uitstoot van broeikasgassen verminderen.

Beleidsmakers moeten daarom bereid zijn om een veelzijdige aanpak te hanteren die een evenwicht vindt tussen beleid dat individueel gedrag beïnvloedt, systemische oorzaken van consumptie aanpakt en de acceptatie van nieuw gedrag aanmoedigt door mentale modellen te veranderen. Regelgeving, stimulansen, educatieve campagnes en stedelijke strategieën spelen allemaal een centrale rol in het stimuleren van sufficiëntiegerichte verandering. Burgers eisen daadwerkelijk een beleid dat meer gericht is op sufficiëntie. Ze moeten actief worden betrokken bij het beleidsvormingsproces om het beleid af te stemmen op de voorkeuren en behoeften van de burgers.

Om sufficiëntiegerichte strategieën effectief te promoten, is er behoefte aan meer sufficiëntiemodellen en -indicatoren. Deze bieden een uitgebreide en genuanceerde analyse van sufficiëntie die rekening houdt met de complexe wisselwerking tussen sociale, economische, milieu- en gedragsfactoren. Met deze aanpak kan het meest effectieve decarboniseringstraject worden bepaald en kunnen beleidsmakers en belanghebbenden in de richting van duurzame oplossingen worden gestuurd. Een budgetbenadering kan met name helpen om het koolstofverbruik te verminderen. En dit door consumenten aan te moedigen om hun milieu-impact te verminderen en beter geïnformeerde en duurzamere consumptiekeuzes te maken.

Ten slotte is er meer onderzoek nodig om de economische implicaties van sufficiëntie en de indicatoren van economische vooruitgang te begrijpen. Dit onderzoek zal een volledige toepassing van het concept van sufficiëntie mogelijk maken. Onderzoek is namelijk essentieel om de economische voordelen van sufficiëntie-gedreven methodes vast te leggen en aan te tonen. Voor het meten en promoten van duurzame economische ontwikkeling, is er nood aan indicatoren van economische vooruitgang die welzijn, sociale gelijkheid en ecologische factoren omvatten.

De weg naar een klimaatneutrale samenleving vraagt om een systemische aanpak die een evenwicht vindt tussen beleid, systemische verandering en het aannemen van nieuwe levensstijlen. Op deze manier kunnen we bouwen aan een duurzame toekomst en aan een wereld waarin het welzijn van zowel mens als milieu floreert. Sufficiëntie opent een nieuwe weg, en het is onze collectieve verantwoordelijkheid om die weg in te slaan. Samen zorgen we zo voor een betere, duurzamere toekomst.

Om meer te weten te komen over het boeiende onderwerp sufficiëntie, kun je het volledige Sufficiency Report hieronder downloaden.

 

 

Sufficiency paper

Marco Ortiz Sanchez, Researcher in Societal Aspects of the Energy Transition
Guillermo Borragán Pedraz, Professional Energy and Climate Strategy – Societal Aspects